White Wolf is een prachtige indiaan met een getaande huid en een prachtige hoofdtooi met witte veren. Hij heeft een kleurige deken om zich heen en hij rookt een pijp terwijl hij zijn wijsheden met mij deelt. Op een dag vertelde hij me een prachtig verhaal wat ik graag met je wil delen. Het is het verhaal van de Weg van de Steen, die net zo is als het leven.
Het verhaal begint bij een berg, een grote berg van harde rots. Op een dag sloeg de bliksem in op de berg en grote stukken rots kwamen los en rolden kletterend de berg af. Onderaan de berg bleven de rotsblokken liggen. Onze steen was een van deze rotsblokken. Beduusd vroeg hij zich af wat er gebeurd was. De steen merkte dat hij alleen was, geen deel meer van de berg en hij voelde zich verlaten en eenzaam.
Na een tijd merkte hij dat er ook andere rotsblokken om hem heen lagen. Er was een flinke strijd gaande tussen deze rotsblokken. Ze vergeleken zich met elkaar, wie nu de grootste en de mooiste was. Ze ruzieden omdat ze allemaal vonden dat zij de oorspronkelijke berg waren. Onze steen deed hier vrolijk aan mee.
Het weer en de wind echter hadden hun invloed op de rosten en ze werden gevormd door de wind en de regen, steeds een beetje kleiner. Op een dag kwam er een grote storm met veel regen en de rotsblokken werden weggespoeld, zo ook onze steen.
Hij kwam in een wilde rivier terecht en het water nam hem mee en vormde hem verder steeds meer stukken braken af of sleten weg. Er kwam een mens en die stapelde hem op met anderen tot een dam. Weer ruzieden ze wie de beste en de mooiste was. De dam brak en de steen vervolgde zijn reis.
Het water droogde op en hij werd een deel van de steppe. De rots was een steen geworden, werd opgeraapt en door een mens. Zij luisterde naar het verhaal van de steen en droeg hem een tijd bij zich. Maar het verhaal gaat verder. Ze verliest de steen of gaf hem misschien bewust terug aan de aarde.
Op een dag komt onze steen in de zee, en de zee vormt de steen verder, laag voor laag schuurt hij eraf. Samen met al die andere stenen rolt hij in de branding. Op een dag is er van onze steen nog maar een zandkorreltje over, al het andere is er tijdens zijn leven afgeschuurd. En als kleine zandkorrel daar op het grote strand beseft onze steen: “Ik ben weer deel van het geheel! Alleen ben ik slechts een zandkorreltje maar samen zijn we ZAND!”
Op dat moment steekt er een flinke wind op en onze korrel wordt opgetild op de wind. Hij wordt geblazen over het land regelrecht naar de berg en blijft steken tussen een van de vele spleten van de berg. Hij is weer thuis! Hij is weer deel van de berg en mag helpen met het vormen van de berg. Hij wordt weer de Berg.
White Wolf legt me uit dat ook de reis van de ziel is als de reis van deze steen. Eerst is onze ziel, deel van het geheel, het goddelijke, het Al, maar op een dag breekt de Ziel hieruit los en begint zijn lange tocht door alle levens heen. Bij elk leven schuurt er een laag af, leren we over wie we wel en niet zijn tot op een gegeven moment we alle maskers hebben mogen afleggen en er alleen nog de essentie van de zandkorrel over is. Dan komt het diepe besef dat we Een zijn met elkaar en met elkaar het “zand” van het universum vormen. Dat is het moment dat we in staat zullen zijn om terug te keren naar de oorsprong, dan kunnen we weer deel nemen aan Al Wat Is en de eenheid met de bron weer Zijn
Namasté
©Esmeralda Snoek